Schultz gebruikt crisiswet voor windparken, ondanks kritiek Raad van State

Schultz gebruikt crisiswet voor windparken, ondanks kritiek Raad van State

18 juli 2016Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) gaat de Crisis- en Herstelwet gebruiken om gebieden in de noordelijke provincies tijdelijk te bestemmen voor windmolens. Ze gaat hiermee in tegen een advies van de Raad van State. 

Schultz wil bij wijze van experiment de Crisis- en Herstelwet gebruiken om bepaalde gebieden een voorlopige bestemming van 25 tot 30 jaar voor windmolens te geven. Het gaat om drie concentratiegebieden in Groningen, het Windpark Fryslân in het IJsselmeer en windpark De Drentse Monden en Oostermoer in Drenthe.

De Raad van State vindt dat het ministerie de Crisis- en Herstelwet (CHW) daarvoor niet mag gebruiken, zo schrijft het orgaan in een advies van 22 januari 2016 dat vorige week openbaar werd gemaakt. De RvS spreekt van een ‘ontoelaatbare systeembreuk’ van de Wet op de Ruimtelijke Ordening door de CHW zo te gebruiken.

Uit een bericht van de Raad van State
‘(…) De bedoeling is om zo duidelijkheid te geven over de bestemming windenergie voor deze periode en tegelijk te voorkomen dat er een recht ontstaat om na afloop van die periode opnieuw een windturbine te plaatsen. De bestemming is tijdelijk en de verplichte periodieke actualisering van bestemmingsplannen binnen tien jaar (de zogenaamde planhorizon) geldt hiervoor niet. De beleidsvrijheid van de planwetgever en de mogelijkheden van bezwaar en beroep worden hierdoor eveneens beperkt. De Afdeling advisering acht een dergelijke systeeminbreuk op grond van de Chw ontoelaatbaar. Daarnaast merkt de Afdeling advisering op dat niet aan alle in de Chw gestelde criteria voor experimenten wordt voldaan. Een planwetgever heeft in zijn algemeenheid veel beleidsvrijheid, zodat niet duidelijk is hoe na afloop een ‘recht’ zou zijn ontstaan om opnieuw een windturbine te plaatsen noch in welk opzicht deze tijdelijke bestemming dit zou voorkomen. Een tijdelijke bestemming betekent in elk geval niet automatisch dat planschade voorzienbaar is en daarom niet vergoed hoeft te worden. Dat geldt des te sterker bij een bestemming die formeel weliswaar tijdelijk is, maar wel tientallen jaren moet gelden. Nu tenslotte niet beoogd wordt een definitieve bestemming vast te leggen, moet afgezien worden van de mogelijkheid van een ‘voorlopige bestemming’. (…)’

Schultz laat in een reactie weten het advies van de RvS niet op te volgen. Ze acht ‘het experiment verantwoord en juridisch juist vormgegeven’, zo schrijft ze.

Uit een bericht van het FD
‘(…) De kritiek dat een ‘voorlopige bestemming’ van ruim dertig jaar niet door de beugel kan wordt niet gevolgd. Het plaatsen van windturbines heeft per definitie ‘een lange werkingsduur’, aldus de reactie. Bovendien is de oppervlakte beperkt en blijven gemeenten bevoegd om bestemmingsplannen vast te stellen voor een groot deel van hun grondgebied. (…)’

Bovendien kunnen de omwonenden wel compensatie vragen voor de planschade, aldus de minister in haar reactie. Het kabinet wil vaart maken met de ontwikkeling van windenergie om de doelen voor duurzame energie in het Energieakkoord te halen.

Bronnen
Raad van State, 14 juli 2016: Advies W14.15.0358/IV (Advies over gebruik Crisis- en Herstelwet en reactie minister Schultz van Haegen)
Raad van State, 14 juli 2016: Samenvatting advies over wijziging Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet
Windenergie Courant, 15 juli 2016: Raad van State kritisch op gebruik crisiswet bij noordelijke windparken
FD, 14 juli 2016: Kabinet zet windmolenproject door ondanks kritiek Raad van State (registratie)

Foto: Windpark Fryslân

 

 

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.