Verwachte prijsdaling ‘fossiel’ noopt tot beprijzing

23 oktober 2015 – Om CO2-uitstoot tegen te gaan worden duurzame energie en energiebesparingsmaatregelen met subsidies gestimuleerd. De gedachte daarbij is dat duurzame energie op den duur goedkoper wordt dan fossiele en dat subsidies dan kunnen worden afgebouwd, maar er zit wel een adder onder het gras.

.

151023-MarcBlom
Marc Blom was jarenlang advocaat bij NautaDutilh. Sinds 2014 richt zich op de energietransitie.

Naarmate er meer en goedkopere duurzame energie op de markt komt en energiebesparing succes heeft, krimpt de markt voor fossiele energie. Het gevolg zal zijn dat producenten van fossiele energie hun prijzen zullen laten zakken om met elkaar en met duurzame energie te kunnen blijven concurreren. Op den duur zullen zij het zoeken naar nieuwe reserves staken (dat is op zichzelf wenselijk) en op de waarde van reeds gevonden reserves afschrijven. Om nog inkomsten te halen uit hun reserves zullen zij uiteindelijk hun producten desnoods aanbieden tegen afbraakprijzen, nauwelijks boven het niveau van de variabele kosten van winning en transport. Dat prijsniveau is ongetwijfeld stukken lager dan de huidige marktprijzen en waarschijnlijk ook lager dan redelijkerwijs voor duurzame energie te bereiken prijsniveaus.

De opkomst van duurzame energie dreigt daarmee zijn eigen afremming te veroorzaken. Dat wordt ook wel aangeduid als de groene paradox. We moeten dringend maatregelen nemen om te voorkomen dat daardoor de verduurzaming van ons energiesysteem ernstig wordt vertraagd.

We kunnen duurzame energie natuurlijk sterker subsidiëren om met fossiel te concurreren, maar gezien de te verwachten prijsdaling van fossiele energie wordt dat erg kostbaar. Een verbod op fossiele brandstoffen schiet zijn doel voorbij, omdat we ze voorlopig nodig hebben.

De oplossing ligt in het zodanig beprijzen van fossiele brandstoffen dat duurzame energie voordeliger is, ook als de hierboven beschreven prijsverlaging van fossiel inzet. Dat is rechtvaardig, omdat het probleem nu eenmaal door fossiele brandstoffen ontstaat. Dat is voor de staatsfinanciën beter dan blijvend subsidies geven, omdat het inkomsten in plaats van uitgaven oplevert. Het is effectief, omdat het duurzame energie en energiebesparing stimuleert. Beprijzing kan bovendien door een flexibele tariefstelling sturing geven aan geleidelijke vervanging van fossiel door duurzaam.

Zes Europese oliemaatschappijen (waaronder Shell) gaven recent te kennen beprijzing van fossiele brandstoffen wenselijk te achten. Zij deden dat vermoedelijk uit welbegrepen eigenbelang, omdat kolen meer CO2 produceren dan olie en gas, maar deze steun uit fossiele hoek vergroot de kans op brede aanvaarding van beprijzing.

Om een level playing field te behouden moet beprijzing bij voorkeur wereldwijd geschieden. Daar zijn we nog ver van. Fossiele brandstoffen worden blijkens onderzoeken van het IEA (2013) en de Oeso (2015) juist voor honderden miljarden euro’s gesubsidieerd. Als we wereldwijde overeenstemming afwachten lopen we echter het gevaar dat niemand beweegt. Dat hoeft gelukkig niet. CE Delft beschreef recent hoe beprijzing van CO2 volgens de btw-methodiek sturing bewerkstelligt naar minder CO2, terwijl concurrentienadeel van eenzijdige beprijzing wordt voorkomen.

Een ander alternatief is belasting van CO2-uitstoot in Nederland via een heffing op geïmporteerde of in Nederland gedolven brandstoffen, gecombineerd met teruggaaf voor geëxporteerde brandstoffen. De opbrengsten kunnen worden gebruikt voor verlaging van de kosten van duurzame energie en energiebesparende alternatieven. Om een duurzaam level playing field te bereiken kan daarbij de focus liggen op bedrijven die concurrentienadeel van de beprijzing hebben.

Nederland moet daarom in december op de klimaatconferentie in Parijs pleiten voor beprijzing van CO2 die de groene paradox opvangt. Zolang dat niet is ingevoerd moet Nederland zelf CO2 belasten via een heffingssysteem dat concurrentienadeel beperkt of voorkomt.

Marc Blom
(Was jarenlang advocaat bij NautaDutilh en richt zich sinds 2014 op de energietransitie)
Deze opiniebijdrage verscheen ook in het FD van 22 oktober 2015.
Reacties graag per mail naar FluxEnergie
Terug naar overzicht Opiniebijdragen

Zie ook
FluxEnergie, 22 oktober 2015: Wereldleiders en bedrijven: ‘Zet nu echt een prijs op CO2-uitstoot’
FluxEnergie, 22 oktober 2015: Handel in emissierechten of koolstofbelasting?
FluxEnergie, 15 oktober 2014: Tien grote olie- en gasbedrijven willen nu ook stevige klimaatactie
FluxEnergie, 30 september 2015: ‘CO2-prijs moet prioriteit worden voor Parijs’
FluxEnergie, 8 september 2015: Werkt lage olieprijs de energietransitie tegen?
FluxEnergie, 23 juli 2015: IMF: ‘Energieprijs moet per Nederlander € 550 omhoog’
FluxEnergie, 8 juli 29015: ‘Overleg over een CO2-prijs ook met bedrijven, instellingen en regio’s’
FluxEnergie, 6 juli 2015: ‘Heropleving van steenkool bestrijden met een prijs op CO2-uitstoot’
FluxEnergie, 28 januari 2015: Davos: Er moet een prijs op CO2-uitstoot, maar hoe?

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.