‘100 PJ extra energiebesparing volstrekt onhaalbaar’

‘100 PJ extra energiebesparing volstrekt onhaalbaar’

26 oktober 2015 – In het Energieakkoord is afgesproken dat 100 petajoule extra aan energiebesparing wordt gerealiseerd per 2020. (Dus bovenop de al afgesproken 1,5% per jaar.) ‘Dat is volstrekt onhaalbaar’, zegt directeur Kees den Blanken van Cogen.

De Blanken kijkkt daarbij vooral naar wat de industrie kan doen.

Uit een bericht van Ensoc
‘(…) Dat komt deels door het verlies van de energiezuinige techniek warmtekrachtkoppeling (wkk).’ Wkk-installaties wekken zowel warmte als elektriciteit op uit aardgas. Door de relatief hoge gasprijs en relatief lage elektriciteitprijs is wkk echter de laatste jaren onrendabel geworden. Volgens Den Blanken zorgt dit ervoor dat de industrie juist 60 tot 100 PJ extra energie verbruikt in plaats van minder. Hij adviseert de industrie om integraler te kijken naar processen om te besparen op het energieverbruik. Zo moet de sector restwarmte voorkomen door de eigen processen efficiënter te maken.
Dat het doel van 100 PJ extra energiebesparing buiten bereik ligt blijkt ook uit de recente Nationale Energieverkenning.  ‘Een grotere inzet van alle partijen blijkt nodig’, schrijft minister Kamp in een brief aan de Tweede Kamer. Hij gaat met de industrie in gesprek om te komen tot concrete afspraken over maatregelen om het doel van 100 PJ extra energiebesparing binnen bereik te brengen. (…)
De industrie slaagt er wel in om te voldoen aan vrijwillige afspraken over energiebesparing, zo meldt Kamp in een brief aan de Tweede Kamer. Het gaat om de convenanten voor de Meerjarenafspraken (MJA3) en het MEE-convenant, de Meerjarenafspraak Energie-efficiëntie voor ondernemingen die meedoen aan het Europese CO2-emissiehandelsysteem (ETS). Sinds de ondertekening van het MJA3-convenant (2008) en het MEE-convenant (2009) hebben deelnemende bedrijven energie-efficiëntieverbeteringen gerealiseerd die overeenkomen met een energiebesparing van 89,2 PJ. Hiervan is 18,4 PJ in 2014 gerealiseerd: 1,5 procent voor de MEE-bedrijven en 3,9 procent voor de MJA-3 bedrijven. (…)

Uit de Nationale Energieverkenning 2015
‘(…) De warmtekrachtinstallaties (WKK) in de industrie staan onder druk door de ongunstige verhouding van gas- en elektriciteitsprijs, de spark spread. De bedrijfsuren van deze installaties zijn sterk afgenomen en/of ze worden definitief stopgezet wanneer ze aan vervanging of groot onderhoud toe zijn. De wegvallende warmteproductie wordt ingevuld door conventionele ketels en door externe stoomleveringen, bijvoorbeeld van afvalverbrandingsinstallaties. Tevens is de verhouding van warmte en kracht (elektriciteit) van de gebruikte WKK verschoven naar relatief meer warmte-opwekking. Inmiddels wordt minder dan 20 procent van de industriële warmtevraag nog opgewekt met warmtekrachtkoppeling. (…)’

Ook Kamp gaf in zijn reactie op de NEV toe dat de extra 100 petajoule ‘buiten bereik ligt’. ‘Een grotere inzet van alle partijen gezamenlijk blijkt nodig’, schrijft hij in een brief aan de Tweede Kamer. Hij wil huidige afspraken binnen het Energieakkoord effectiever maken en zo nodig extra maatregelen nemen.

Uit een brief van Kamp aan de Tweede Kamer
‘(…) Maatregelen waar ik in dat geval aan denk zijn bijvoorbeeld extra (financiële) stimuleringsmaatregelen voor energiebesparing in de energie-intensieve industrie en maatregelen om energiebesparing in de gebouwde omgeving via energieleveranciers meer afdwingbaar te maken. De afspraken die wij hierover maken zullen hun beslag krijgen in de Voortgangsrapportage van de Borgingscommissie die eind november uitkomt. (…)’

Onderwerpen: , , , , ,

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.