Foto: CGI /Energiekansen coöperatie

Ansen wil voorop lopen voorop in de energietransitie

De initiatiefnemers van de coöperatie Energiekansen, (v.l.n.r.) Ruurd van der Veen en Albert Smand met Jonathan Hobelman van CGI voor het tweede zonnedak van Ansen.

Ansen wil zich profileren als koploper in de energietransitie. Het landelijke dorpje in de provincie Drenthe, goed voor zowat tweehonderd huishoudens, heeft in juni een tweede coöperatief zonnedak in gebruik genomen. En een digitaal platform, om op termijn die energie zelf te kunnen verhandelen.

De leden van de lokale energiecoöperatie Energiekansen beschouwen dit als een belangrijke stap op weg naar de decentrale, onafhankelijke energievoorziening. Binnen anderhalf jaar wil de coöperatie alle Ansense huishoudens van klimaatneutrale energie wil voorzien. IT-dienstverlener CGI bouwt en onderhoudt het open innovatieplatform (‘digitaal energie-eiland’) waarmee opgewekte energie straks direct met dorpsinwoners verhandeld kan worden.

Een burgerinitiatief vanuit de werkgroep Duurzaam Ansen leidde in 2013 tot een beleidsnota die de ambitie van het dorp formuleert: Ansen moet energieneutraal zijn in 2020. Deze nota was de start van een reis langs overheidsinstanties, milieuorganisaties en energieleveranciers. Tijdens dit traject kwam in 2015 de coöperatie tot stand. Vandaag is ongeveer 35% van de Ansense huishoudens coöperant. In absolute aantallen stelt dit niet veel voor, maar als percentage is dit vrij indrukwekkend. “Een coöperatie bleek de meest geëigende vorm,” zegt voorzitter Albert Smand. “Met enerzijds de kenmerken van een bedrijf, en anderzijds een democratische organisatievorm. Om mensen mee te krijgen in zo’n project is immers draagvlak nodig.”

De Drentse Energieorganisatie beloofde subsidie voor en eventueel zonnedak, via SDE+ en de Postcoderoosregeling. De Ansense coöperanten vonden hiervoor een geschikt gebouw, een boerderij van de stichting Het Drents Landschap, met een nieuwe koeienstal en een zuidgeoriënteerd dak. Bovendien liep de stichting ook warm voor het plan. In 2015 nam Energiekansen er een installatie met 626 zonnepanelen in gebruik, goed om de elektriciteitsbehoefte van 39 huishoudens te dekken. Het nieuwe zonnedak is goed voor 26 huishoudens.

Digitaal energie-eiland

“De opgewekte energie wordt niet lokaal gebruikt, maar dat is ook geen voorwaarde,” zegt bestuurslid Ruurd van der Veen. “Voor energieneutraliteit is niet meer nodig dan verbruikte energie in een gelijke hoeveelheid duurzaam opwekken en dat dan terugleveren aan het landelijke netwerk.” Maar tegelijk met het tweede zonnedak heeft Energiekansen slimme meters in gebruik genomen en een open innovatieplatform, ontwikkeld door CGI. De coöperatie wil uiteindelijk de opgewekte stroom lokaal bufferen, verhandelen en distribueren naar de huishoudens. Terugleveren aan en afnemen van het net zal dan nog altijd mogelijk zijn. Maar dat is minder efficiënt en financieel minder voordeliger voor de coöperatie.

“We willen ons model zo inrichten dat de opgewekte energie van panelen bij de mensen thuis direct lokaal kan worden afgenomen,” zegt Jonathan Hobelman, energietransitie consultant bij CGI. “Zo hoeven we niet eerst te leveren aan een energiemaatschappij –zoals dit vandaag gebeurt– om vervolgens de energie via een administratieve handeling en de nodige kosten weer terug te krijgen. Dat onderzoeken we nu met de data van de slimme meters.”

“Zoiets is nog nooit eerder gedaan”

“Verbruiksdata zijn essentieel om het lokale net zodanig in te richten dat pieken en dalen worden opgevangen,” gaat Hobelman verder. “Daarvoor is een efficiënt en geautomatiseerd proces nodig, zowel administratief als voor het transport. Omdat alles lokaal moet worden afgehandeld, zijn er onder meer prijsafspraken nodig. Aan die kostenkant zit voor de deelnemers het grote voordeel. Netwerkkosten kunnen bijvoorbeeld fors omlaag omdat het regionale elektriciteitsnet niet langer wordt gebruikt. Hoe het exacte model eruit komt te zien weten we nog niet, want zoiets als dit is nog nooit eerder gedaan. Daarom willen we netbeheerders ook graag uitnodigen om met ons mee te doen.”

De slimme meters bij bewoners thuis en de beide zonneparken zijn de basis. Hobelman: “We bouwen dashboards en applicaties op ons digitale energie-eilandenplatform die inzicht geven in het gebruik per huishouden van gas, elektra en zonne-energie, maar ook van alle aangesloten huishoudens samen. Daarmee integreren we alle databronnen die daarmee op één plek beschikbaar zijn. Zo kan elk nieuw stukje dat wordt ontwikkeld, bijvoorbeeld voor windmolens, elektrische auto’s, opslagsystemen, meters of zonnepanelen, worden ingepast in het datamodel. Zo bepalen we vervolgens ook wat de volgende stappen zijn. Pas als je weet waar de tekorten zitten en wat de overschotten zijn, kun je modellen gaan bouwen die je steeds verder verbetert.”

De Nederlandse wet schrijft voor dat er een vergunning nodig om energie aan kleinverbruikers te verkopen zonder tussenkomst van een energieleverancier. “Daar komt een volgend aspect om de hoek kijken; er gaat veel tijd zitten in het lobbyen om kaders te verruimen en wetgeving aan te passen.” Ansen wil zelf binnen het eigen dorp energie verkopen via een ‘white label’ vanwege een programmaverantwoordelijke instelling om voor onbeperkte tijd als lokaal leverancier te mogen optreden. De programmaverantwoordelijke (equivalent in Vlaanderen: access responsible party (ARP)) verzorgt ook de back-office dienstverlening.

Ansen is voorlopig nog onderworpen aan een tweejarig contract met een bestaande leverancier, die de geproduceerde energie aankoopt tegen een marktconforme prijs en die zelf aan eindconsumenten verkoopt. “Het platform is live en werkt, we gebruiken de tijd die het contract nog loopt om data te verzamelen en te meten, om goed onderbouwde vervolgstappen te kunnen zetten. Van de lokale markt draait een schaduwversie, om haar financiële haalbaarheid te meten. Wij verwachten dat dit en forse virtuele besparing zal aantonen, zodat de coöperatie zich niet alleen als een duurzame speler, maar ook als een (lokale) prijsspeler zal kunnen profileren. Aan de dataverwerking werken het lokale ingenieursbureau Cedel en studenten van de Hanze Hogeschool in Groningen nauw samen.

Experimenteren met groen aardgas

Mogelijk bouwt de coöperatie in de nabije toekomst een derde zonne-installatie uit, in de vorm van een zonnepark op een terrein van 0,5 hectare. Ansen experimenteert ook met hogedruk biovergisting om methaangas te halen uit zijn rioolafval. En met elektrolyse van de vrijkomende CO2 bij de vergisting. Als die laatste experimenten succesvol blijken kan het dorp na zijn elektriciteit ook zijn aardgasverbruik verduurzamen.

Auteur: Koen Mortelmans

Koen Mortelmans is freelance redacteur voor FluxEnergie en Nieuwsblad Transport.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.