‘Deel omwonenden ondervindt ernstige geluidhinder windmolens’

WindMontagefoto

25 juli 20158 à 9 procent van de omwonenden ondervindt ernstige geluidhinder van windmolens. Dat concludeert een door het Rijk ingesteld ‘Kennisplatform Windenergie’.

Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) informeerde deze week de Tweede Kamer per brief over de resultaten van een ‘pilot voor het Kennisplatform Windenergie’.
Aan de pilot deden onderzoekers, omwonenden, ondernemers en overheidsinstellingen mee. Het doel was bestaande kennis te verzamelen en te duiden rond geluidhinder en gezondheid. Tegelijk was het doel een dialoog tussen de deelnemende partijen op gang te brengen.
Over de uitkomsten meldt minister Schultz van Hagen: ‘Op grond van de beschikbare kennis wordt verwacht dat 8 a 9 procent van de omwonenden ernstige hinder zal ondervinden als het geluidniveau gelijk is aan de huidige norm. (…) Er is voldoende bewijs dat de stress ten gevolge van chronische hinder of door het gevoel dat door de windturbines de omgevings- of levenskwaliteit afneemt, een negatieve invloed kan hebben op de gezondheid en het welbevinden van mensen die in de buurt van windturbines wonen. Naast geluid spelen trillingen, slagschaduw, waarschuwingslichten en andere visuele aspecten daarbij een rol.’
Toch concludeert de minister dat de huidige norm voor geluidhinder van windturbines (47 dB-Lden en 41 dB-Lnight) geen wijziging behoeft. De Nederlandse norm is strenger dan die voor verkeer of industrie ‘en wijkt niet veel af van de normen voor stiltegebieden’. De Nederlandse norm wijkt evenmin af van die van andere Europese landen en komt vrijwel overeen met de aanbevelingen van de WHO.

De belangrijkste conclusie die de minster uit de studie en het overleg van het Kennisplatform trekt betreft de communicatie met de omwonenden. ‘De huidige norm en het bijbehorende reken-en meetvoorschrift vragen wel om een goede informatievoorziening over geluid en de te verwachten hinder bij concrete plannen voor windenergie. Ik wil op basis van het kennisbericht wederom het belang van een goede participatie van omwonenden en van een toegankelijke en betrouwbare informatievoorziening over de beleidskeuzen van het kabinet voor energie en klimaat benadrukken.’
De procedures hoeven daarvoor volgens haar niet aangepast te worden. De Omgevingswet, de projectregels voor windparken vanaf 15 MW, de ‘Gedragscode draagvlak en participatie windenergie op land’ hebben de procedures goed geregeld.
Wel zal de minister alle betrokken partijen informeren over de resultaten van de pilot en het daarop gebaseerde ‘Kennisbericht Geluid van Windturbines’.

De pilot is uitgevoerd door een projectteam bestaande uit:

  • RIVM
  • Aarten Wind Solutions (AWS)
  • Energie Onderzoek Centrum Nederland (ECN)
  • Gemeentelijke / Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst – Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie (GGD-GHOR Nederland)
  • Energy Academy Europe/Rijksuniversiteit Groningen (EAE/RUG). Deze organisaties vormden gedurende de pilot het projectteam.

Het projectteam overlegde ook met vertegenwoordigers van omwonenden, ondernemers, overheden en onderwijs /onderzoek (de 4 O’s):

  • Nederlandse Vereniging Omwonenden Windenergie (NLVOW)
  • Nederlandse Windenergie Associatie (NWEA)
  • Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek- Centrum Wiskunde en Informatica (NWO/CWI)
  • GGD
  • rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)
  • InterProvinciaal Overleg (IPO)
  • het rijk (IenM en EZ).

Het ‘Kennisbericht’ is opgesteld door het projectteam.

Bronnen
Brief minister Schultz van Hagen aan de Tweede Kamer, 22 juli 2015: Resultaat pilot kennisplatform windenergie
Bijlage: Kennisbericht Geluid van windturbines 
Bijlage: Kennisbericht Geluid van windturbines – bijlagen
Foto: niet bestaande situatie. Montagefoto van actiegroep Tegenwind N33

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.