‘Groene’ stroom vaak wassen neus

Terwijl particulieren steeds vaker kiezen voor daadwerkelijk ‘groene’ energie, blijven zakelijke grootverbruikers kiezen voor bedrijven die in feite steunen op fossiele bronnen. Het totale energieaanbod in Nederland verduurzaamt daarom niet. Dat stellen de Consumentenbond, Greenpeace, Natuur & Milieu en Wise op basis van gezamenlijk onderzoek. Ze roepen bedrijven op hun energie echt groen in te kopen, en zich niet te verkijken op kunstmatige bedrijfsconstructies waarmee grijs groengewassen wordt.  

Hoewel de energieleveranciers voor Nederlandse consumenten dit jaar gemiddeld beter presteren dan vorig jaar, constateren de Consumentenbond, Greenpeace, Natuur & Milieu en Wise in hun onderzoeksrapport duurzaamheid Nederlandse stroomleveranciers 2017, is het totale energie aanbod feitelijk niet verduurzaamt. Terwijl particulieren steeds groener inkopen bij leveranciers, blijven veel zakelijke gebruikers inkopen op bij leveranciers die grijs als groen verkopen.

Groen wassen

Het onderzoek beoordeelt de duurzaamheid op investeringen, productie, inkoop en levering over het boekjaar 2016 en het productievermogen dat in 2017 in aanbouw is. Afgelopen jaar zijn verschillende bedrijven gesplitst in een groene tak en een grijze tak, constateren de onderzoekers. De ‘groene’ tak komt dan gemiddeld beter uit de test, terwijl de ‘grijze’ energie dan (deels) buiten het jaarlijkse onderzoek kan vallen: die wordt verkocht in het buitenland, of alleen aan de zakelijke markt.

Zoiets zou bijvoorbeeld het geval zijn bij de opsplitsing rond RWE’s Essent. RWE bracht haar duurzame energie onder in het bedrijf Innogy, waarvan het nog altijd 76,8 procent van de aandelen heeft. Innogy is op haar beurt volledig eigenaar van Essent, dat door de papieren splitsing van haar fossiel/nucleaire moederbedrijf RWE in de ranking stijgt. Essents energiecentrales zijn ondergebracht bij het moederconcern en staan niet meer bij Essent op de balans, zien de onderzoekers. Met een feitelijke verduurzaming van het energieaanbod heeft Essent’s stijging op de ranking in zo’n geval weinig te maken.

‘Bedrijven, vraag om groen.’

Essent stelt daartegenover dat het fossiel/nucleaire moederbedrijf RWE nauwelijks invloed heeft op Innogy, meldt De Volkskrant, en vindt daarom dat haar RWE-achtergrond niet in het onderzoek moet worden meegewogen. Ook E.On benadrukt consumenten wel degelijk gecertificeerd groene stroom te leveren, hoewel moederbedrijf Uniper goed is voor 1.900 MW fossiele en nucleaire energieproductie. Anders dan Essent, komt E.On er met haar nieuwe bedrijfsconstructie niet beter vanaf: door de fossiele en nucleaire investeringen van Uniper is het afgezakt naar de laagste plaats op de ranking – Nederlands meest vervuilende leverancier.

Om te voorkomen dat grijze energie alleen maar verschoven wordt van de particuliere naar de zakelijke sector, roepen de onderzoekers bedrijven op om nadrukkelijk om groene energie te vragen en te traceren waar die echt vandaan komt. Slechts vijf leveranciers produceren zelf groene stroom – Eneco, Greenchoice, HVC Energie, Pure Energie en Qurrent – de rest handelt in andermans energie. Door te kiezen voor een van de voorlopers in de ranking, moeten bedrijven de productie van hernieuwbare energie kunnen stimuleren.

(bronnen onder de afbeelding)

Bronnen:

• De Volkskrant, 25 oktober 2017, ‘Grote kans dat die groene stroom van u gewoon grijs is’
• Consumentenbond, 23 oktober 2017, ‘Consumentenstroom groener, grijze stroom weggemoffeld’
• Consumentenbond/Wise/Natuur&Milieu/Geenpeace, oktober 2017, ‘Onderzoek duurzaamheid Nederlandse stroomleveranciers‘

Foto: Essent

Beeld ranking: Consumentenbond/Wise/Natuur&Milieu/Geenpeace, oktober 2017