Nieuw schadeprotocol zet NAM buiten spel

De provincie Groningen, twaalf gemeenten en de actiegroepen Groninger Gasberaad en Groninger Bodem Beweging zijn het eens geworden over een nieuwe manier om de aardbevingsschade af te handelen. Getroffen bewoners krijgen hierdoor niet meer te maken met de NAM. Een fonds moet behalve de materiële schade, ook de immateriële schade van de Groningers verlichten. 

Het vorige week gepresenteerde Regeerakkoord kondigde al aan dat de Nederlandse Aardoliemaatschappij (NAM) niet meer betrokken zou worden bij de afhandeling van schade en herstel. “Herstel en versterking van woningen, gebouwen, monumenten en infrastructuur moet centraal staan”, stelden de coalitiepartners, “niet de discussie over de verantwoordelijkheidsverdelingen.”

Groningen als koploper energietransitie

Voor de investeringen in de leefbaarheid en economie van de regio wordt een fonds ingesteld, stelde het plan voor Rutte III daarnaast. De coalitiepartners erkenden daarmee dat de aardbevingen niet alleen tot materiële, maar ook tot immateriële schade heeft geleid. “Met ingang van 2018 valt een jaarlijks bedrag ter grootte van 2.5 procent van de aardgasbaten ten deel aan een fonds voor de regio”, stellen ze, “hetgeen op dit moment neerkomt op 50 miljoen euro per jaar.” Uit dat fonds moeten onder meer zorgprofessionals, economische herstructureringen en verduurzamende maatregelen van te renoveren woningen betaald worden.

Daarnaast belooft Rutte III een investeringsprogramma dat de economische structuur van het gebied moet versterken. Groningen moet een prominente rol op het gebied van energietransitie en duurzaamheid krijgen, zodat het als nationale koploper en kenniscentrum op dit gebied kan functioneren. Hoewel de overheid stelt dat de NAM financieel verantwoordelijk is voor de herstel- en versterkingswerkzaamheden, moeten die zo veel mogelijk gecombineerd worden met werkzaamheden die gericht zijn op verduurzaming van huizen. Ook daarvoor kunnen middelen uit het fonds gebruikt worden.

Instituut Mijnbouwschade

Het publieke fonds dat wordt opgericht, heet het Instituut Mijnbouwschade (IM), meldt de NOS. Aardbevingsschade kan daar gemeld worden, waarna het IM het schadebedrag vaststelt. Bij onenigheid wordt een zogeheten zaakbegeleider ingeschakeld, die een beroep kan doen op een jurist. Mensen kunnen ook contra-experts inschakelen, waarna het IM opnieuw een uitspraak moet doen.

“De concrete uitwerking van het regeerakkoord is in dit dossier allesbepalend voor een goede start van het nieuwe kabinet en de nieuwe minister Economische Zaken en Klimaat in het bijzonder”, waarschuwen de provincie Groningen, gemeenten en de actiegroepen 18 oktober in een gezamenlijk persbericht. “Voor het herstel van vertrouwen in het aardbevingsgebied is het essentieel dat de Staat haar verantwoordelijkheid neemt en financieel bijdraagt in het schadefonds.” De partijen buigen zich nu over de vraag hoe het IM zo gepositioneerd kan worden dat burgers voldoende vertrouwen kunnen hebben in de onafhankelijkheid.

Bronnen:

  • NOS, 18 oktober 2017, ‘NAM blijft verder buiten schadeafhandeling Groningen’
  • VVD, CDA, D66 en ChristenUnie, Regeerakkoord 2017 – 2021 ‘Vertrouwen in de toekomst’
  • Gezamenlijk persbericht regionale partijen Schadeprotocol Groningen, 18 oktober 2017

Foto: Groninger Bodem Beweging

Auteur: Klaartje Jaspers

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.