‘Volgend kabinet moet energiebelasting grondig herzien’

1 september 2016 – Het systeem van energiebelasting moet grondig worden herzien. Dat moet ook een hoge prioriteit krijgen in het regeerakkoord. Voor de herziening moet de CO2-uitstoot uitgangspunt worden. Dat schrijft Niels Muller (PwC) op de opiniepagina van het FD.

Muller constateert dat ‘het spekken van de staatskas’ de boventoon is gaan voeren bij de huidige energiebelasting. (‘De wijze waarop energiebelasting wordt geheven is in de loop der tijd ver verwijderd geraakt van de oorspronkelijke primaire doelstelling, te weten het corrigeren van marktfalen. De jaarlijkse opbrengst van ruim € 4 mrd weegt duidelijk zwaarder dan de vraag of de oorspronkelijke milieudoelstellingen worden gehaald.’)

Huidige regelingen sta-in-de-weg
Muller signaleert ook dat de energiebelasting in de praktijk nota bene vergroening en innovatie in de weg staat. Hij laat dat zien aan de hand van twee voorbeelden, het ene over zonne-energie en het andere over de elektrische auto.

Uit de opiniebijdrage van Niels Muller in het FD
Bijvoorbeeld zonne-energie
‘(…) Juist in deze voor particulieren relevante markt, is sprake van een zeer complexe lappendeken aan regelingen, waaronder als belangrijkste drie: saldering (en het bijbehorende btw-voordeel op grond van Europees recht), de zogenoemde postcoderoosregeling voor lokale energieprojecten en de SDE+ regeling. Al deze regelingen zijn relatief autonoom en onafhankelijk van elkaar ontstaan en kennen verschillende voorwaarden. De toegang tot deze regelingen, en de samenhang met andere wet- en regelgeving, is vaak zo ingewikkeld geworden dat menig project vertraging oploopt of niet van de grond komt.
Bijvoorbeeld elektrisch rijden
Een ander voorbeeld is de wijze waarop de heffing van energiebelasting uitpakt voor berijders van een elektrische auto. Zoals blijkt uit onze recente studie in samenwerking met de TU Eindhoven en Metropoolregio Amsterdam, kan afhankelijk van waar de auto wordt geladen de heffing van energiebelasting wel een factor 10 schelen. Dit komt vreemd over, aangezien een automobilist die benzine tankt in Groningen of Maastricht ook geen hogere accijns betaalt. Daarnaast geldt dat de heffing van energiebelasting verhoudingsgewijs relatief hoog is ten opzichte van de accijns op conventionele brandstoffen. (…)’

Muller wijst op de recente beleidsstudie van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) ‘Belastingverschuiving: meer vergroening en minder complexiteit?’ die hij beschouwt als ‘een uitgelezen kans voor een nieuw kabinet de handschoen op te pakken en in te zetten op een grondige modernisering van de energiebelasting’.

Nieuw kabinet moet herziening prioriteit geven
‘(…) De tijd is rijp voor een fundamentele modernisering van de energiebelasting. Hierbij zou de verschuiving van outputbelasting, geheven bij iedere individuele afnemer, naar inputbelasting, geheven van de producent op basis van CO2-uitstoot, goed als basis kunnen dienen. Hiermee worden duurzame ontwikkelingen mogelijk gemaakt en kan de versnelling van de energietransitie vorm krijgen. Dit zou de Nederlandse industrie in staat moeten stellen haar positie verder te versterken. Voldoende reden voor een nieuw kabinet de herziening van de energiebelasting met hoge prioriteit in het regeerakkoord op te nemen. (…)’

Bronnen
FD, 31 augustus 2016: Nieuw kabinet moet energiebelasting moderniseren (Registratie)

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.