‘We ontberen een ministerie van energie’

‘We ontberen een ministerie van energie’

29 april 2016Het gaat niet goed met de energietransitie  – onder andere doordat de Rijksoverheid niet genoeg doet. ‘Is het niet tekenend dat we geen ministerie van energie hebben?’, aldus prof. dr. Wim Derksen, hoogleraar bestuurskunde.

Derksen was door het Rijk ingehuurd om naar de energietransitie te kijken -door het ministerie van Binnenlandse Zaken en dan met name voor het thema ‘energieneutrale gebouwde omgeving’.
Hij schreef het rapport ‘Analyse beleidsatelier energieneutrale gebouwde omgeving’. Op 26 april zette het ministerie van BiZa het rapport online, maar vandaag is het om onbekende redenen weer van de site van de Rijksoverheid verdwenen.

Verslag van Cobouw
Maar gelukkig had Cobouw gisteren een artikel over het rapport. Zo weten we dat Wim Derksen vindt dat de Rijksoverheid op het gebied van de energietransitie veel te weinig doet, dat hij het subsidiebeleid niet consistent vindt en dat volgens hem het Rijk er niet in slaagt de bevolking te doordringen van de noodzaak van de energietransitie.
Maar het rapport gaat vooral over de mogelijkheden en problemen in de gebouwde omgeving.

Uit het bericht van Cobouw
‘(…) Wim Derksen is optimistisch over de nieuwbouw. Daarin wordt grote vooruitgang geboekt. De kans dat nieuwbouw in 2020 bijna energieneutraal zal zijn. is dan ook groot. In de bestaande bouw ligt dat anders. Blok voor blok, stroomversnelling en nul-op-de-meter hebben nog niet gebracht wat zou kunnen en ook moeten. Gedeeltelijk komt dat doordat de doelstellingen ver weg liggen, 2050.
Maar er zijn meer partijen betrokken, met huiseigenaren en de overheid als belangrijkste.
De hoogleraar komt tot de conclusie dat voor de drie hoofdcategorieën – huiseigenaren, eigenaar-bewoners, corporaties en de investeerder in particuliere huur – hetzelfde geldt, er zijn koplopers, maar het ‘opschalen’ wil maar niet lukken. “Er worden vorderingen geboekt bij mensen die het onderwerp belangrijk vinden, maar veel te weinig mensen vinden het onderwerp echt belangrijk”, vindt hij.

Ver-van-mijn-bed-show
Dat heeft onder meer te maken met het feit dat de energietransitie vooral onderdeel is van het klimaatdebat. Dat is voor velen nog steeds een ‘ver-van-mijn-bedshow’. Hoewel voor meteorologen de klimaatverandering steeds sneller gaat, zijn de veranderingen voor gewone stervelingen zo traag dat ze die niet opmerken. Daardoor maken zij zich ook nog geen grote zorgen en daarmee is de bereidheid om hun bestaande gebouw energieneutraal te maken, gering. Voor corporaties komt daarbij de verhuurdersheffing van 1,7 miljard euro waarvan minister Blok recentelijk heeft gezegd dat die gewoon doorgaat. Hij peinst er niet over om ideeën om investerende corporaties korting te geven, zelfs maar te overwegen.
De rijksoverheid wordt door Derksen evenmin gespaard. Hij vergelijkt de inspanningen van het Rijk voor energie met die voor stadsvernieuwing in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Dan gebeurt er op energiegebied veel te weinig, vindt hij. Retorisch verpakt hij dat in een vraag: “Is het niet tekenend dat we geen ministerie van energie hebben?”
Volgens hem bestaat het beleid vooral uit verleiden en een niet altijd consistent subsidiebeleid. Daardoor ontstaat er geen echte markt voor energieneutrale verbouw ondanks nul-op-de-meter. Voor eigenaar-bewoners is er nog steeds nauwelijks iets. (…)’

De notitie teruggehaald
Overigens hebben we via de cache van Google het verwijderde rapport inmiddels ook weer kunnen openen. Lezenswaard!
We halen er nog een paar opmerkingen uit die het onderwerp ‘gebouwde omgeving’ overstijgen.

‘Overheid moet meer duwen’
‘(…) De overheid [kan] niet volstaan met achterover leunen. Er moet een doel worden gesteld (een stip op de horizon) en dat doel moet langs twee lijnen worden bereikt. Ten eerste niet door te verleiden, maar door te duwen. De eisen zullen langzaam moeten worden aangescherpt. En als die eisen niet worden gehaald, moeten er sancties komen. Ten tweede moeten experimenten ruimhartig worden aangemoedigd en moet tevens van die experimenten worden geleerd. (…)

‘Stel een uitvoeringsagenda op’

Het zou goed zijn als in de lange termijnverkenning energie een uitvoeringsagenda zou worden opgenomen die deze nieuwe governance voor de gebouwde omgeving zou uitwerken. Voorlopig geef ik slechts enkele voorbeelden.

Voorbeelden

Voorbeeld: de gasnetten moeten in grote delen van Nederland in het komende decennium worden vervangen. Wie een sense of urgency wil creëren zou nu reeds kunnen aangeven dat de gasnetten niet meer worden vervangen. Het geeft twee voordelen: iedereen weet waar hij aan toe is en iedereen heeft volop tijd om zich op de nieuwe situatie voor te bereiden.
Voorbeeld: op voorwaarde dat de energielabels een juist beeld geven van het energiegebruik, kunnen ze worden gekoppeld aan onroerendzaakbelasting en overdrachtsbelasting. Het is bekend dat burgers erg gevoelig zijn voor verhogingen van de ozb.
Voorbeeld: het streefjaar van 2050 voor een energieneutrale gebouwde omgeving geeft geen gevoel van urgentie. Het is te ver weg: “het zal onze tijd wel duren”. Die stip op de horizon moet naar voren worden gehaald. Of op zijn minst moeten heldere tussendoelen worden geformuleerd.
Voorbeeld: als een streefjaar voor een energieneutrale gebouwde omgeving serieus wordt genomen, kan nu reeds worden aangegeven met welke stappen de energiebelasting de komende jaren zal worden verhoogd. Als iedereen weet dat de energie elk jaar 5% meer zal kosten, ontstaat een helder gevoel van urgentie. En natuurlijk is eenzelfde beleid mogelijk met een belasting op CO2.
Voorbeeld: er moeten veel meer fondsen komen om de overstap naar energieneutraliteit gunstiger en eenvoudiger te maken. Dat hoeft geen nieuwe ISV te worden, waarbij de overheid weer braaf bijdraagt. Het gaat mij wel om investeringsfondsen waarop eigenaren een tijdelijk beroep kunnen doen. De overheid zou wel garant moeten staan.
Voorbeeld: leg de energiebedrijven quota voor duurzame energie op, die op een transparante manier zullen stijgen in de komende decennia. (…)
‘Rijk is aan zet’
Hoe belangrijk gemeenten en provincies ook kunnen zijn voor experimenten, voor het vaststellen van de stip op de horizon en voor het duwen is voor de rijksoverheid aan zet. Daar moet de energietransitie van de gebouwde omgeving werkelijk beginnen. Het gaat hier immers om een groot nationaal thema. Het gaat hier over geopolitiek (Russisch gas), het gaat hier om klimaatbeleid en het gaat hier over de toekomst van Slochteren. De rijksoverheid kan het niet maken om al die problemen door te schuiven naar de gemeenten. De rijksoverheid is zelf aan zet.
Het aardige verhaal is dat die energietransitie technisch gezien moet kunnen slagen. Als het niet lukt, is de reden simpel: we willen het niet. (…)’

Bronnen
Cobouw, 28 april 2016: ‘Wij ontberen een ministerie van Energie in ons land’
Rijksoverheid, 26 april 2016: Energieneutrale gebouwde omgeving – Rijksoverheid.nl (inmiddels weer verwijderd)
Nota: Energieneutrale gebouwde omgeving (uit Google-cache)
Illustratie: Energierapport 2016
Foto Derksen: www.wimderksen.com

Onderwerpen:

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.