‘Houd de nieuwe kolencentrales open, maar dan met CO2-afvang en -opslag’

‘Houd de nieuwe kolencentrales open, maar dan met CO2-afvang en -opslag’

11 januari 2017 – Pieter Boot (Planbureau voor de Leefomgeving) pleit voor het openhouden van de nieuwste kolencentrales, mét CCS, juist om de CO2-uitstoot zo effectief mogelijk terug te dringen. Boot kijkt bij zijn pleidooi niet alleen naar de Nederlandse uitstoot, maar ook naar de ontwikkelingen in onze buurlanden.

Boot constateert, in een opiniebijdrage op Energiepodium, dat er in de discussie over onze laatste kolencentrales geen verschil is over de noodzaak van het snel terugdringen van de CO2-uitstoot, wel over de visie op verantwoordelijkheden. De ene optiek stelt de eigen nationale verantwoordelijkheid voorop en concludeert dan tot sluiting. De andere optiek kijkt naar de effecten in onze buurlanden en wil onze nieuwste kolencentrales vooralsnog open houden, omdat sluiting per saldo tot meer CO2-uitstoot leidt.

Open houden mét CCS

Boot denkt dat beide standpunten te verenigen zijn door de nieuwste kolencentrales open te houden in combinatie met het afvangen van een groot deel van de CO2-uitstoot en deze dan op te slaan (CCS).
‘(…) Ook degenen die de nationale verantwoordelijkheid vooropstellen gaat het uiteindelijk meer om reductie van broeikasgasemissies dan om types centrales. Wat is er tegen dat Nederland enige tijd enkele betere kolencentrales houdt dan Duitsland, als we deze voor een fors deel voorzien van CCS? Een bijkomend voordeel van ervaring opdoen met CCS is dat we, om binnen ons koolstofbudget te blijven, op termijn veel baat hebben bij negatieve emissies. Daarin kan worden voorzien door de combinatie van biomassa en CCS. (…)
Werkelijke CO2-reductie zou veel effectiever door ondergrondse CO2-opslag (CCS) worden bereikt: het Europese effect van 90% CCS zou in 2030 ongeveer driemaal zo groot zijn als van sluiting van alle Nederlandse kolencentrales (ABB, Impact of Dutch coal plants phase out, 2016). CCS zou ook een minder groot prijseffect hebben en Nederland niet in concurrentienadeel ten opzichte van omringende landen brengen. (…)’

België en Duitsland

Boot kijkt ook naar de ontwikkelingen in België en Duitsland.
‘(…) België moet nu al 20% van de elektriciteitsvraag uit Frankrijk en Nederland importeren en heeft het wettelijk vastgelegde vooruitzicht om in 2022-2025 6000 megawatt capaciteit van kerncentrales te sluiten, die in globaal de helft van het elektriciteitsverbruik voorziet. Deze centrales zijn zo oud en slecht dat niet goed voorstelbaar is dat de toezichthouder weer met uitstel van de verplichting akkoord zal gaan. Ook indien België zijn doelstelling hernieuwbare energie zou halen, dan wordt dit capaciteitstekort niet gevuld. Duitsland heeft de kolendiscussie over de verkiezingen getild. Vanaf 2018 gaat een studiecommissie aan de slag. De discussie is hier politiek beladen vanwege de bruinkool. Regio’s met bruinkoolmijnbouw voelen zich ook politiek achtergesteld. Scenario’s met het huidig vastgestelde beleid voorzien pas na 2030 afname van bruinkoolstroom, terwijl de steenkoolstroom tot 2040 op peil blijft. In scenario’s met streng klimaatbeleid gaat daarentegen al voor 2020 de productie van zowel bruinkool- als steenkoolstroom omlaag. Maar ook in een scenario waarin Duitsland in 2050 de broeikasgassen met 95 procent reduceert, staat er in 2030 nog 10-15 gigawatt kolenvermogen (zo’n 45 gigawatt in 2015). (…)’

Wat staat ons nu toe doen?

‘(…) De huidige regering zou hetzij een bepaald aandeel CCS, hetzij een bepaalde maximale emissie per eenheid elektriciteitsproductie als principe aan kunnen kondigen. Een nieuwe regering zou dat preciezer kunnen invullen en het aandeel daarvan verder kunnen laten oplopen met mogelijke afspraken met omringende landen. Eigenaren van centrales kunnen beslissen wat ze doen: sluiten of investeren. ABB heeft al laten zien dat dit soort verplichtingen geen effect hebben op de groothandelsprijs en dat we evenveel kunnen blijven exporteren. Misschien willen de Belgen wel meebetalen, want sluiting van de Nederlandse kolencentrales zou ongunstiger voor hen zijn. Het principiële probleem – Nederland of Europa – is hiermee niet opgelost, maar wel vervangen door een probleem waarin maatwerk mogelijk is – en daar zijn Nederlandse coalitieregeringen heel goed in. (…)’

In zijn opiniebijdrage op Energiepodium staat Pieter Boot niet stil bij de stand van de techniek voor CCS.

Pieter Boot is Hoofd sector Klimaat, Lucht en Energie bij het Planbureau voor de Leefomgeving

 

Bronnen
Energiepodium, 9 januari 2017: Het resterende vraagstuk: de kolencentrales
De aangehaalde studie van ABB: juni 2016: Impact of Dutch coal plants phase out, Scenario analysis for Uniper Benelux (pdf, 39 pag.)
Foto Uniper-centrale Maasvlakte (foto Port of Rotterdam, Workshop fotografie, foto Twan de Veer)
Portretfoto Boot: PBL

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.