Wiebes heeft overschot in SDE+ kas

Tijdens de voorjaarsronde voor het aanvragen van SDE+ subsidies zijn voor iets minder dan 5,3 miljard euro projectvoorstellen ingediend. Dat vergemakkelijkt de beoordeling, want er zit 6 miljard euro in die kas. Minister van economische zaken Eric Wiebes (VVD) deelde dit mee in een ‘brief aan de Tweede Kamer.’ Deze ietwat formele aanpak is een vertrouwde gewoonte in Nederland.

Tijdens de twee vorige rondes werden er voor meer projecten aanvragen ingediend dan er geld voorhanden was. In het voorjaar van 2017 ging het om dik 7 miljard, in het najaar zelfs om 9,9 miljard.

In totaal werden er deze keer 4.535 subsidieaanvragen voor hernieuwbare energieprojecten ingediend. Het grote aandeel zonnestroomprojecten die onder het maximale basisbedrag hebben ingediend is Wiebes opgevallen. “In de eerste fase (tot een basisbedrag van maximaal 9 cent/kWh) is er voor bijna 1,7 miljard euro aangevraagd voor grootschalige biomassaprojecten. In de tweede fase (tot en met 11 cent/kWh) is het aangevraagd budget opgelopen tot in totaal € 4,5 miljard. In deze fase zijn vooral zon-PV-aanvragen binnengekomen. In de derde fase (tot en met 13 cent/kWh) liep de budgetclaim op tot 5,3 miljard euro door met name zon-PV en tevens een aantal biomassaprojecten (voor minder dan 10 cent/kWh).”

Het aantal aanvragen voor onshore windprojecten ligt nu lager omdat het papierwerk voor een aantal grootschalige windparken nog niet voldoende ver was gevorderd, zodat de aanvragen in principe pas in een volgende ronde zullen binnenlopen. Bij andere technologieën dan zon en wind lopen er nu zoveel projecten dat er weinig kandidaten overblijven voor bijkomende initiatieven. Dat is volgens de minister een gevolg van de grote stappen die de afgelopen jaren zijn gezet om een snelle groei op weg naar een aandeel van 14% hernieuwbare energie in 2020 te bewerkstelligen.

Overschot blijft in kas

Het huidige overschot van 0,7 miljard euro wordt niet naar een andere begrotingspost overgeheveld of geschrapt, maar blijft als “onverplichte kasruimte” beschikbaar voor komende projecten. ” Het beschikbare verplichtingenbudget van 6 miljard euro is het maximale bedrag dat totaal tijdens de looptijd van projecten aan subsidie betaald kan worden. De werkelijke kasuitgaven hangen af van de marktwaarde van energie en de daadwerkelijke energieproductie,” preciseert Wiebes. “De SDE+ subsidie wordt immers pas uitgekeerd op basis van werkelijke energieproductie.”

Duurzame sector reageert

De Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie (NVDE) toont zich hierover bezorgd. “De SDE+ is de belangrijkste regeling om hernieuwbare energie te laten groeien. Bij het achterblijven van de aanvragen raakt de Europese verplichting van 14% hernieuwbare energie in 2020 verder uit het zicht,” waarschuwt ze. “De onderbesteding zal hoger uitvallen omdat normaal gesproken een deel van de aanvragen wordt afgewezen.”

In de SDE+ krijgen aanvragen met een lagere kostprijs (het zogenaamde basisbedrag) voorrang, opdat ontwikkelaars worden gestimuleerd om hun projecten tegen zo weinig mogelijk subsidie te realiseren. De NVDE vraagt zich af of de basisbedragen de niet te hard zijn gedaald, waardoor in diverse categorieën onvoldoende projecten rendabel zijn. “Dit is een relevante vraag omdat in het conceptadvies SDE+ voor 2019 de basisbedragen over de hele linie verder naar beneden gaan,” aldus de sectororganisatie.

“De resultaten van de voorjaarsronde doen echter de vraag rijzen of er wel voldoende wordt gedaan om scherpe kostendalingen mogelijk te maken en of de basisbedragen op dit moment niet te snel naar beneden gaan.” De NVDE wil binnenkort een onderbouwde schatting van de kosten voor hernieuwbaar op lange termijn publiceren én de maatregelen formuleren die genomen moeten worden om die kostendalingen daadwerkelijk te realiseren.

Auteur: Koen Mortelmans

Koen Mortelmans is freelance redacteur voor FluxEnergie en Nieuwsblad Transport.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.