
Wiebes versoepelt aanpassing bestaande hoogspanningstracés door gemeenten en provincies
Minister Eric Wiebes (VVD, economische zaken en klimaat) geeft de Nederlandse gemeenten en provincies meer slagkracht bij het bepalen van bestaande hoogspanningstracés.
Lokale overheden mogen weldra bestaande hoogspanningslijnen deels laten omleggen of onder de grond laten brengen. Netbeheerder Tennet krijgt de verplichting verzoeken hiervoor van lokale overheden uit te voeren. De regering heeft een besluit in die zin ter goedkeuring naar beide parlementskamers gezonden.
De regering heeft met Tennet, de provincies en de gemeenten afspraken gemaakt over de verdeling van de kosten van tracé-aanpassingen. Daarbij is rekening gehouden met de gemeentelijke draagkracht. Kleine gemeenten (30.000 inwoners of minder) betalen 15% van de kosten, grote gemeenten betalen 20% van de kosten. De maximale bijdrage voor lokale overheden is 975.000 euro per kilometer tracé. De rest van de kosten zijn voor rekening van de netbeheerder.
Consument betaalt merendeel kosten
De verwachting is dat deze wijziging –een verlaging van de gemeentelijke bijdrage– van de Elektriciteitswet ervoor zorgt dat 135 kilometer hoogspanningsnet wordt verplaatst of onder de grond wordt gebracht. Het gaat hierbij om bestaande hoogspanningslijnen van 50, 110 en 150 KV die boven of langs de grens van de bebouwde kom hangen. Hoogspanningstracés van 220 en 380 kV kunnen wegens technische beperkingen (nog) niet onder de grond gebracht worden. De extra kosten voor de netbeheerder worden aan de elektriciteitsverbruikers doorverrekend in de transportkosten van elektriciteit. De elektriciteitskosten van een gemiddeld huishouden kunnen hierdoor volgens de regering maximaal met 1,37 euro per jaar stijgen.
Voor individuele personen die onder een hoogspanningslijn wonen bestaat sinds vorig jaar de mogelijkheid zich te laten uitkopen door de gemeente. Die mag de kosten hiervoor inbrengen bij het ministerie van economische zaken en klimaat, dat hiervoor voor de periode 2017-2021 138,7 miljoen euro heeft gebudgetteerd.